Hoofdbanner

Vlinders geven meer nog dan vogels een gevoel van een vrolijke lichtheid. Natuurlijk, ze zijn ook licht, fladderen met het grootste gemak door de lucht. Ik word altijd weer blij als ik ze zie.
Hoewel, als ze op je komen zitten, is dat anders. In mijn beleving althans. Zo waren we op vakantie in Indonesië toen er een grote vlinder op mijn arm neerstreek. Ze bleef er een tijdje zitten. Een paar uur later kreeg ik het bericht dat onze rector, met wie ik een hechte band had, aan een hartaanval was overleden. Tijdens het fietsen onderuit gegaan. Eerder nooit iets gemankeerd. Precies tien dagen daarvoor, tijdens de laatste schooldag, had ik nog hele gesprekken met hem gevoerd. Ikzelf legde een verband met die vlinder. Een ander zal dit als onzin of toevalligheid terzijde schuiven.

Vandaag zit ik in de tuin een boek van Raymond Carver te lezen. De zon schijnt, veel planten en struiken staan al in bloei. Het is natuurlijk Koningsdag. Niet aan mij besteed, veel te druk. Liever ben ik thuis. Ineens komt er een oranjetipje aanvliegen. Een prachtig lief klein vlindertje. Herkenbaar aan de witte vleugels met inderdaad een oranje tipje. Ze landt op de bloeiende judaspenning. Ik wil een foto maken, maar ze fladdert van bloem naar bloem. Bijna heb ik haar te pakken. Net te laat. Ze vliegt weg en keert niet meer terug.

Oranjetipje
                  Oranjetipje (mannetje)

Toch apart. Een oranjetipje in mijn tuin op Koningsdag. Zo vaak zie ik ze niet. Even op internet opgezocht. Het oranjetipje dat ik zag was een mannetje. Vrouwtjes hebben geen oranje op hun vleugels. Oranjetipjes leven als vlinder in de maanden april en mei. Leggen hun eitjes het liefst op de pinksterbloem en look zonder look. De rupsen die dan uitkomen doen zich tegoed aan het zaad van deze planten. Vanaf juni verpoppen de rupsen zich. Ze zoeken een plekje om de maanden tot en met maart het volgende jaar door te komen. Dan pas komt het oranjetipje weer als vlinder tevoorschijn. Ze zijn dus langer een ogenschijnlijk levenloze pop dan dat ze lekker in de lucht fladderen of zich als rups volvreten. Een rustig en overzichtelijk leventje, best wel.