Hoofdbanner

Ik heb een school gekend, lang geleden, waar men tijdens een grondige renovatie de plafonds verlaagde. Dat wil zeggen, onder de ouderwetse plafonds (het was een ouderwets gebouw) van zo'n 4,0 meter hoogte werden houten planken aangebracht, zodanig dat de hoogte van de lokalen tot zo'n 2,5 meter terug werd gebracht. Men dacht hiermee op de stookkosten te kunnen bezuinigen. 
Dat laatste klopte ook wel, maar het is tekenend voor een bepaald soort denken dat men alleen in termen als efficiency en geld wenste te handelen. Niet beseffend in welke mate het nodig is, juist in gebouwen waar het denken ontwikkeld moet worden, ruimte te creëren. Want, gedachten (vooral de nog groeiende) nemen ruimte in! Des te grotere gedachten, en dus des te meer verheven, des te meer ruimte ze nodig hebben.
Hoe dat kan? Tja, dat kun je op verschillende manier uitleggen, benaderen. Welke gelaagdheid kies je?

Oké, laat ik een sprong in het diepe maken. Gedachten zijn niet slechts molecuulprocessen in de hersenen met een louter fysieke oorsprong, zoals neurologen ons heden ten dage willen voorspiegelen*. Gedachten hebben een ruimere oorsprong, bevinden zich als een soort van wolkjes boven onze hoofden, nestelen zich in ons bewustzijn wanneer wij ze naar beneden weten te hengelen**. Of beter, wanneer wij ons voor ze open stellen. Elke gedachte kan ons bevolken, afhankelijk van de houding die wij ten opzichte van de buitenwereld innemen. En hoe we ons daar innerlijk mee verhouden, voeg ik er aan toe. Kunnen we de buitenwereld aan, is die niet te overweldigend voor ons? Nietzsche heeft zich met deze probleemstelling intensief bezig gehouden. Onze gedachten formuleren zich, zegt hij onder andere, naar hoeveel wij van de wereld kunnen ‘verdragen’.
Met elke gedachte die we hebben is er sprake van een wisselwerking tussen binnenwereld en buitenwereld. Wanneer je denkt, trek je een bepaalde kracht, of noem het energie of iets anders, aan waar je affiniteit mee hebt. Zit je vol haat jegens iemand, dan verbindt zich een soort van haat-energie met jou. Deze heeft het niet goed met je voor. Hij zal jouw haatgevoelens proberen te versterken, door jou op te zwepen bepaalde daden te verrichten. Die haat-energie heeft jou nodig om te bestaan, jij bent het middel om zich vast te klampen aan de aarde. Laat jij hem los, door bijvoorbeeld vergeving te schenken, dan komt hijzelf ook los en begint te zwerven. Dat wil hij  niet, hij zal zich met hand en tand verzetten. Jij bent zijn huis waarin hij kan wonen. Zonder jou heeft hij geen bestaan.

Verheven gedachten, kunstzinnige gedachten, gezond makende gedachten, dragen licht en ruimte in zich. Ze gaan ver voorbij jouw eigen gestalte. Ze klampen zich ook niet vast aan jou, ze zijn vrij. Je kunt dat ook ervaren, bij een vriendschap, een goed gesprek, het opgaan in de natuur of bij het beleven of uitoefenen van kunst. Willen dit soort (grootse) gedachten er zijn, dan is er een even grote ruimte nodig. Zie een kerk met zijn immens hoge dak, waar vroeger gezamenlijk werd gebeden, of de grote zaal als in het Concertgebouw of andere theaters. Vooral naar boven toe is het een en al ruimte, hetgeen natuurlijk ook noodzakelijk is voor de akoestiek. Maar wat is akoestiek anders dan het laten weerklinken van een zuiver soort overdracht?
Wanneer een ruimte klein is, vooral met lage plafonds, zullen de meer verheven gedachten zich er niet thuis voelen. Het is te krap voor de krachten of energieën die zich ermee verbinden. Ze willen weg, vluchten, ze krijgen het benauwd. Bijna iedereen kent die ervaring, zeker wanneer veel mensen in een kleine ruimte zijn. Het voelt als verstikkend. Een ieder draagt zijn eigen gesteldheid mee, gevoelens en gedachten die meestal nogal gewoontjes zijn, om niet te zeggen oppervlakkig tot zelfs platvloers aan toe. Het krioelt dan van een grote hoeveelheid verschillende energieën door elkaar. Het is werkelijk een ratjetoe. Het gevolg is, de ‘grote’ gedachten worden weggedrukt, platte gedachten als geld, seksisme en ego-opvulling nemen de schaarse ruimte die er is volledig in. Concreet, wanneer er diepte of verbinding wordt gezocht ontstaat er al gauw spraakverwarring, een elkaar niet begrijpen, een langs elkaar heen praten.
Frustrerend is dat, voor iedereen, behalve dan voor eendimensionale denkers zoals die zich juist is dit soort situaties thuis voelen. Want hier kunnen ze hun eenrichtingsverkeer van macht en invloed uitoefenen. Te denken valt aan een bepaald slag managers, sommige politici en andere bewindvoerders. Die zijn nu heer en meester met hun eendimensionale logica, juist omdat de creatievere dimensies niet aan bod kunnen komen. Er is geen plaats voor ze.

Daarom, ik pleit voor herintroductie van de hoge plafonds, van de grote, brede ruimtes. Voor het creatieve denken, de kunstzinnige beleving, de ontmoeting met de geest. Het zal ons nieuwe energie geven. Laat er ruimte wezen!

 

* Zie bijvoorbeeld Wij zijn ons brein van Dick Swaab.

** Misschien heb je die ervaring wel eens gehad dat je al lopende van het ene vertrek naar het andere opeens je gedachte kwijt bent. Je wilde iets, zocht iets, bedacht iets, was iets van plan, maar het is verdwenen. Wat dan helpt is terugkeren naar de oorspronkelijke plek waar je je gedachte had. Negen op de tien keer merk je dat ie je alsnog invalt. Alsof de gedachte van jou was losgekoppeld en daar in het vertrek was blijven hangen.